Van oude menschen en de dingen, die voorbij gaan
De titel van een familieroman van Louis Couperus. Het verhaal verscheen in 1904 in een tijdschrift en werd twee jaar later voor het eerst als boek gepubliceerd. Dingen die langzaam uit ons dagelijkse doen en laten verdwijnen. De razend snelle veranderingen in de samenleving en in deze huidige wereld houden me ernstig bezig. Daar gaat deze Bonen Doppen over
Van alle tijd
Alles gaat voorbij zeiden de Griekse filosofen al. Het is maar om aan te geven dat alles verandert. Het moordende tempo in het leven is tekenend door de innovaties op technologisch gebied; waar nieuwe technologie verouderd is, verandert dit in of zorgt het voor een nieuwe gewoonte.
In deze voortgaande cyclus van veranderingen zijn enkele dingen echt voorbestemd om in vergetelheid te raken, ook die dingen waarvan we denken dat het stug is dat dit gaat gebeuren.
Bel-angst
Onlangs zwaaide ik de (schoon)kinderen en kleindochter (16) uit op Groningen Airport Eelde. “En even bellen als jullie zijn aangekomen,” riep ik ze na. “Bellen opa? Dat doen we niet meer”, liet m’n kleindochter me weten. Is er sprake van bel-angst?
Dit vormde de aanleiding van deze column over de dingen die voorbij gaan. Natuurlijk, zij die mij (goed) kennen weten dat ik niet meer de jongste ben en sommigen zullen na dit gelezen te hebben mij bestempelen als ‘een oude l*l’. Ik zal het niet ontkennen. Nee, ik ben niet aangetast door de warmte en heb ook geen zonnesteek opgelopen. Het is alleen wat ik in deze zomerperiode heb geconstateerd en me is opgevallen. Kijkend vanuit het hedendaagse naar de toekomst.